20 maart 2021

Dubbelleven – 20 De waarheid boven tafel

Oudejaarsavond. We hadden geen plannen, hingen gewoon lekker tegen elkaar aan op de bank. Nog een paar dagen en dan konden we de DNA test doen. Beiden hadden we er niet echt meer over gesproken. Ik vond het lastig. Vooral omdat mijn moeder al eenenveertig jaar lang dacht dat haar baby overleden was terwijl wij wisten dat dat waarschijnlijk niet klopte. Sterker nog, dat ze haar kind zelfs al jaren kende! Hoe kon ik m’n moeder nou de rest van haar leven voorliegen als die DNA test ons vermoeden zou bevestigen?

“Who the fuck is dat?” reageerde ik verbaasd toen de voordeurbel ging.
Met tegenzin hees ik mezelf overeind.
“Mam… Pap,” reageerde ik stomverbaasd toen ik m’n ouders op de stoep zag staan.
Mijn ouders kwamen nooit bij ons. Al vanaf het begin hadden ze moeite met onze relatie gehad. Als het even kon, ontliepen ze ons zoveel mogelijk.

“Eh… Kom binnen,” nodigde ik ze uit. “Is er iets?”
Want dat ze niet zonder reden op de stoep stonden, dat was wel duidelijk.
“Bas,” begon m’n vader. “Mama en ik moeten met jullie praten.”
Ongerust keek ik m’n vader aan. Waar ging dit heen? Had het met het gesprek van gisteren te maken? Of was er iets met m’n broer of m’n zus? Ik werd er een beetje onrustig van.

Even later zaten we in de kamer. M’n moeder zat wat zenuwachtig rond te draaien. M’n vader keek bezorgd.
“Gaan jullie nog vertellen waarom jullie hier zijn?” vroeg ik nerveus.
Dit voelde niet goed. Er was iets aan de hand. Mijn ongerustheid nam toe.
“Er is toch niks met Vic of Ilse?” vroeg ik gespannen.
“Nee, nee… Met hen is alles goed…,” stelde m’n moeder me gerust.
Sjors voelde wel aan dat ik er niet gerust op was. Zo onopvallend mogelijk schoof hij zijn hand achter me langs en legde die geruststellend tegen m’n rug.

“Zeg alsjeblieft wat er is! Jullie maken me bang…”
M’n moeder zuchtte en haalde diep adem.
“Ik heb een paar dagen geleden een brief van mijn vader gekregen,” begon ze.
Ze keek me lang en indringend aan. Ik schrok me kapot! Al jaren had mijn moeder geen contact meer met haar vader en nu ineens schreef hij haar… Zou hij iets gezegd hebben over ons bezoek?

“Hij schreef dat er twee mannen uit Nederland bij hem waren geweest,” vervolgde ze.
Paniek overviel me.. Dit voorspelde niet veel goeds… Sjors en ik wisselden een snelle blik. Hij knikte bijna onmerkbaar.
“Dat waren Sjors en ik,” reageerde ik zo nonchalant mogelijk.
Het had weinig zin om te ontkennen. Ze wist dat we naar Upstate New York waren geweest dus zou ze zelf ook al wel bedacht hebben dat wij dat moesten zijn geweest…
“Dat dacht ik al,” reageerde ze gelaten.
Ze zuchtte nog een keer.
“Jongens, ik moet jullie wat vertellen,” ging ze verder.
Ze keek ons beiden om beurten aan.
“Ik heb jullie gisteren verteld dat ik toen ik zeventien was zwanger ben geweest hè?”
Weer keek ze ons om beurten aan. Tegelijkertijd knikten we. Ik werd er niet geruster op. Had ze wat ontdekt? Dat wilde ik haar echt niet aandoen… Het kon toch niet waar zijn dat ze had uitgevogeld dat Sjors haar zoon was? Dat ze eenenveertig jaar lang voor niks met het verdriet dat ze haar oudste kind verloren was, had moeten leven? Ik kreunde zachtjes…

Mijn vader pakte haar hand vast en knikte haar toe. Nerveus friemelde ze met haar andere hand aan haar bloes.
“Ik ben niet helemaal eerlijk geweest,” begon ze zachtjes.
Ik trok mijn wenkbrauwen op.
“Opa schreef dat één van die mannen die bij hem was geweest, dacht dat hij zijn vader was.”
Alsof er een ijskoude douche over me uitgestort werd! Ze wist het! Heel even sloot ik m’n ogen en deed een schietgebedje. Dit was nooit onze bedoeling geweest! Sjors en ik waren er nooit op uit geweest m’n moeder zoveel verdriet te doen. Als ze werkelijk vermoedde dat Sjors haar zoon was…

“Mam, waar heb jij het over?” deed ik een flauwe poging te voorkomen dat de waarheid boven tafel zou komen.
“Dat is simpel Bas,” antwoordde ze. “Jij zal het niet geweest zijn die dat vroeg. Dus was het Sjors… Maar opa is niet jouw vader jongen,” zei ze terwijl ze Sjors aankeek. “Dat heeft hij jullie ook verteld hè?”
Zie je wel! Ze wist het! Ze had dezelfde conclusie getrokken al wij… Alles tolde in m’n hoofd. Ik kreunde…
“Opa waarschuwde me,” vervolgde ze haar verhaal. “Hij schreef me dat ik, als ik niet wilde dat die man als hij me zou vinden achter de waarheid zou komen, moest zorgen dat ik mijn verhaal klaar had. Hij had natuurlijk geen flauw idee dat ik jou kende jongen…”
Weer keek ze Sjors aan.
“Zie je, opa wist meteen wie jij was. En hij wist ook dat alles uit zou komen als jullie verder zouden zoeken. Hoewel hij nog niet half wist wat er echt aan de hand was…”
Stomverbaasd staarden we haar aan. Waar had ze het over? Ik snapte er niks meer van.
“Toen jullie gisteren ineens vragen begonnen te stellen over Darren,” vervolgde ze terwijl ze mij nu aankeek, “raakte ik in paniek…”
Tranen welden op in haar ogen.
“Het deed me zo’n pijn om jullie voor te liegen… Diep in m’n hart wilde ik het zo graag vertellen… Maar ik kon het niet. Ik wilde jullie geluk niet kapot maken. Dus vertelde ik jullie dat het dochtertje van jouw ouders…”
Ze stopte even, keek Sjors weer aan.
“Dat dat mijn kind was,” fluisterde ze met trillende stem.

Het was alsof ik een dreun voor m’n kop kreeg! Stomverbaasd keken Sjors en ik elkaar aan. Ontsteld. Niet in staat om te reageren. Letterlijk met stomheid geslagen…

“Zegt u nou…” begon Sjors voorzichtig toen hij de eerste schok te boven was gekomen, “dat m’n moeder zwanger was?”
Ongelovig keek hij haar aan.
“Was Elise haar kind?” voegde hij er een beetje overbodig aan toe.
M’n moeder knikte bijna onzichtbaar.
“Mam… Sorry,” hakkelde ik. “Ik snap het niet… Hoe… hoe…,” deed ik een verwoede poging mijn verbazing onder woorden te brengen.
“Ik zal het allemaal uitleggen jongens,” zuchtte ze berustend. “Het moet maar eens afgelopen zijn met al die geheimen. Ik ben dat dubbelleven nu wel eens zat.”
En toen kwam het echte verhaal eruit…

Ze vertelde dat de baby waarvan ze gezegd had dat het haar dochtertje was, eigenlijk het dochtertje van Sjors’ moeder was. Zijn moeder had in hetzelfde ziekenhuis als waar mijn moeder was bevallen een spoedkeizersnee ondergaan maar haar dochtertje had het desondanks niet gehaald. Haar man had zich geen raad geweten. Hij was met mijn opa aan de praat geraakt toen zijn vrouw nog bij lag te komen van de narcose en had mijn opa verteld dat zijn vrouw ontroostbaar zou zijn als ze zou horen dat het kind waar ze zo naar uitkeken hadden, was overleden. Opa had met mijn moeder over hun situatie gesproken en samen hadden ze besloten het echtpaar haar pasgeboren zoon ter adoptie aan te bieden. Tja, en dat ziekenhuis nam het niet zo nauw met de registratie van kinderen dus werden de kinderen gewoon omgeruild en werd hun dochtertje begraven als Elise Krabbedijke. Zolang er maar goed betaald werd, kon alles… Hetzelfde gold trouwens voor de kloosterorde. Zolang de schenking maar genereus genoeg was… En geld, dat had mijn opa genoeg…

Met stijgende verbazing hoorden we haar verhaal aan.
“Dus jij weet dit al een paar dagen?” vroeg ik overdreven kalm.
Ik kon er niks aan doen maar inwendig kookte ik! Hoe had ze hierover kunnen liegen? Zo kende ik haar helemaal niet… Begreep ze dan niet hoe moeilijk dit voor ons was? Snapte ze niet dat wij ons hier ook zorgen over maakten?

“Ik weet dit al vanaf het allereerste moment dat jij Sjors mee naar huis nam,” antwoordde ze schuldbewust. “Hoe had ik dat kunnen missen? Schat, Sjors lijkt zoveel op opa… En op jou…”
“Wat?” riepen we beiden verbaasd uit. “Waarom heb je nooit wat gezegd?”
Het koste me steeds meer moeite om niet gewoon tegen haar te schreeuwen. Was dit mijn moeder? Bijna zestien jaar lang loog ze ons blijkbaar al voor!
“Jongens, laat me alsjeblieft uitpraten. Hoe had ik het jullie moeten zeggen? Ik kon Sjors toch moeilijk zeggen dat zijn ouders niet zijn echte ouders waren? Zijn moeder wist van niks… En hoe kon ik jullie nou zeggen dat jullie halfbroers waren? Jullie waren zo verliefd… Aan de ene kant wilde ik zo graag vertellen dat ik je moeder was. Aan de andere kant kon het niet.”
Opnieuw keek ze Sjors strak aan.
“Want dan kwam alles uit. Dan was jullie leven kapot. En dat van jouw moeder… Dan zou uitkomen dat opa je eigenlijk gewoon verkocht had. En dan moest ik papa vertellen wat er vroeger gebeurd was, want hij wist ook van niks. Dan zou hij er, net als ik, mee moeten leven dat zijn zoon verliefd was op zijn halfbroer… Het spijt me zo vreselijk, maar ik kon het echt niet. Het leek me beter om alles maar te laten zoals het was. Totdat bleek dat jullie op zoek waren…”
Tranen stroomden over haar wangen. Mijn vader had zijn arm nu stevig om haar heengeslagen. Er viel een pijnlijke stilte. Naast me hoorde ik Sjors diep zuchten.

“Mama heeft het me nog niet zo lang geleden allemaal verteld. Ze kreeg het er steeds moeilijker mee,” nam mijn vader het gesprek over. “Ik moet zeggen dat ik behoorlijk schrok van het hele verhaal. Maar hoe meer ik erover nadacht, hoe beter ik het begreep. Het had toen natuurlijk een mooie oplossing geleken. Mama kon jou niet houden Sjors. En jou ouders wilden zo graag een kind. Wat was er nou mooier dan jou aan hen te geven?”
“Ik kon het soms nauwelijks verdragen jou in m’n buurt te hebben,” snotterde m’n moeder tegen Sjors. “Jongen, je hebt geen idee hoe moeilijk het voor me was jullie samen te zien en niet te kunnen zeggen dat jullie halfbroers waren,” zuchtte ze. “Toen jullie elkaar pas kenden, hoopte ik zo dat jullie relatie geen stand zou houden. Maar toen jullie besloten te trouwen, wist ik dat het vergeefse hoop was. Ik heb me er maar bij neergelegd. Het kon niet anders. Maar het bleef moeilijk. Om heel eerlijk te zijn, deed ik m’n best om jullie zoveel mogelijk te ontlopen. Ik voelde me er vreselijk ongemakkelijk onder… En ik was zo blij dat jullie twee mannen waren. Dat er in ieder geval geen kinderen van zouden komen,“ voegde ze er als laatste aan toe.
“Ik heb altijd gedacht dat jij er zo’n moeite mee had omdat wij homo zijn,” reageerde ik verbaasd.
M’n moeder schudde haar hoofd.
“Schat, ik heb niks tegen homo’s. In tegendeel. Als ik zie hoe fijn jullie het samen hebben, ben ik er eigenlijk vreselijk trots op dat jullie homo zijn. Nee jongens, dat was niet het probleem.”
Nogmaals ontsnapte een diepe zucht aan haar lippen.

“En nu?” vroeg Sjors met een gespannen ondertoon in zijn stem.
“Misschien kan ik dat beter aan jullie vragen,” antwoordde m’n moeder voorzichtig.