12 maart 2022

Familie? Familie! – 70 Alexander

Zaterdag 10 december 2011
Neno Belan & Fiumens – Ludo Zaljubljen

Alexander is tevreden over Charlie’s aanbod om een tijdje bij haar te logeren. Afslaan kon hij het overigens niet, omdat ze erop stond en zeer vasthoudend kan zijn. Maar nu ze hier zijn, geniet hij van haar goede zorgen. Ze geeft hem onnodig veel aandacht. Hij voelt zich weer beter. Hij slaapt weer aan een stuk door en verandert de prioriteiten in zijn leven, Robin staat weer bovenaan zijn lijst.

Op sommige momenten ziet hij weer licht in de donkere tunnel, waar ze doorheen gaan. Vanavond schijnt dat licht onder de deur van Robin’s slaapkamer de gang in. Hij sluipt door de gang en hoopt in stilte, dat Charlie tevoorschijn komt. Ergens heeft hij vanavond zin om nog een uur gezellig met zijn tante een glas wijn te drinken, voordat hij naar Robin gaat. Dan weet hij, dat Charlie daarna goed slaapt en hij nog beter na alle kritiek van Wolfgang.

Alexander staat even stil om adem te halen zonder extra geluid te maken. Hij heeft geen zin om na te denken over de eerdere beschuldigingen van Wolfgang en zijn kritiek van vanavond. Ook Dagmar’s verwijtende blikken verbant hij uit zijn gedachten. Of Sascha’s verwijten. Dit stukje door de gang wil hij dat allemaal loslaten.

Behalve wat drinken met Charlie wil hij vooral Robin in zijn armen vasthouden, om hem te laten voelen hoe alles was, voordat alle tegenslag hun leven begon te beheersen. Voorzichtig maakt hij de deur open en gluurt naar binnen. Robin kijkt uit het bed naar hem op en glimlacht. Het lijkt een beetje overdreven glimlach, maar het is één van de lachende gezichten van Robin, die hij al te lang niet meer heeft gezien. Hij sluit de deur zonder lawaai te maken.

„Wolfgang wilde, dat ik hier zou slapen.“
„Ik vroeg me al af, wanneer je zou komen.“

Robin grinnikt en legt een studieboek over paarden weg.

„Wolfgang wilde een verhaaltje voor het slapen gaan.“

Alexander rolt met zijn ogen. Hij ziet aan Robin’s ogen, dat hij hem wel begrijpt.

„Ik hoop, dat het geen eng verhaal was.“

Robin grijnst naar hem en klopt met zijn hand naast zich op het bed.

„Morgen maak ik deze tekening van hem af.“

Hij laat Robin de schets zien.

„Het worden twee tekeningen voor Peter. Wolfgang in ondergoed en Wolfgang onder de dekens.“

Alexander glimlacht, legt zijn kussen op bed en klimt erachteraan. Hij trekt het dekbed over zijn afgekoelde benen. Gelukkig heeft hij sokken aangedaan. Met Robin’s langzamere bloedcirculatie wil hij hem niet ergeren of onnodig laten schrikken met koude voeten.

„Ik heb een verrassing voor je. Het gebeurt weer vaker de laatste tijd.“

Robin fluistert, terwijl hij Alexander’s hand pakt en langzaam over zijn buik omlaag laat glijden tot onder zijn navel. Alexander herkent, wat hij voelt, maar haalt zijn hand weer weg en blijft kalm.

„Goed, we kunnen een erectie op de lijst zetten voor de arts. We gaan niets doen, totdat hij zegt, dat het goed is. Helemaal, omdat je het vandaag in de woonkamer even moeilijk had.“

Robin zucht.

„Ik weet het. Het is ergens wel spannend. Ik heb eigenlijk niet beseft, dat er niets meer gebeurde, totdat het weer gebeurde. Het betekent, dat alles langzaam weer normaal wordt.“

Was dat maar waar, denkt Alexander bij zichzelf. Robin’s fysieke herstel gaat goed. Zijn hart lijkt normaal te werken en de rest van zijn lichaam herstelt ook weer. Maar hij blijft bezorgd over de psychische toestand van zijn schat. Het zal een lange weg worden, voordat alles weer normaal is. Alexander kijkt om zich heen. Robin is bezig zijn stapel kussens naar een kant van bed te verhuizen, zodat hij kan slapen met zijn lichaam in een hoek zonder wakker te worden van de pijn. Het ziet er niet naar uit, dat ze alletwee goed kunnen slapen. Robin twijfelt.

„Ik weet niet hoe we dit goed doen.“
„We bedenken wel wat.“

Misschien kan hij met een extra kussen half rechtop slapen tegen het hoofdeinde, zodat hij dicht naast Robin kan slapen zonder hem te storen. Robin gaat weer liggen en wordt aan alle kanten ondersteund door zijn kussens. Alexander gaat verzitten. Hij wil een deken in het midden van het bed neerleggen, wanneer zijn schat een grimas laat zien en kermt.

„Voorzichtig, je laat mijn borstbeen bewegen.“

Hij verontschuldigt zich en overtuigt zich, dat Robin in orde is. Voordat hij op zijn nieuwe plek gaat liggen, trekt Alexander het dekbed van zijn schat omlaag tot op zijn buik.

„Wat wil je?“
„Zeg het, als ik je pijn doe.“

Alexander houdt zijn oor tegen het katoenen T-shirt van Robin. Dit is zijn eerste kans om te luisteren naar Robin’s hart, in het ziekenhuis hoefde hij alleen naar de monitoren te kijken. Robin drukt zijn hoofd nog iets dichter op zijn borstkas, totdat hij merkt dat de druk te veel wordt.

Met gesloten ogen concentreert hij zich op het gedempte geluid. Hij luistert en telt de hartslag. Het ritme is stabiel en duidelijker te horen dan voor zijn operatie. Toen was het onregelmatig en zwak, bijna niet te horen. De geluiden van vanavond zijn een goed teken.

„Als je wilt, zal ik de volgende keer, dat we in het St.Vinzenz’s zijn om een stethoscoop vragen. Dan kunnen we arts en patiënt spelen, wanneer ik weer beter ben.“

Robin maakt weer vaker grappen, al vindt hij deze wat minder leuk.

„Dank je, die spelletjes laat ik graag aan de artsen over.“

Alexander probeert zijn nieuwe positie op het bed uit door een beetje naar voren te leunen en zijn schat een kus te geven. Vanaf zijn plek aan het hoofdeinde komt het meer op ondersteboven zoenen neer. Het licht is nog aan en ze maken geen aanstalten het uit te doen.

Alexander kijkt omlaag naar zijn schat. Hij is gelukkig, dat Robin hier ligt en opgelucht om naast hem te liggen. Ze blijven een tijdje stil, terwijl Alexander met Robin’s lange haren speelt. Zijn laatste kappersbezoek is nog voor de bruiloft geweest. Robin zucht even.

„Vanavond was een lastige etappe in de verontschuldigingstoer.“

Dat klopt, ook al is het voor Robin nog maar de eerste etappe geweest. De anderen, die hij tot nu toe heeft gesproken, kennen de waarheid al, omdat Alexander ze de belangrijkse punten heeft verteld. Robin gaat verder.

„Ik denk, dat Dagmar nog steeds boos op me is.“
„Ze zal je snel vergeven.“
„Tenzij ze zich alleen zo gedraagt om mij in een inrichting te krijgen.“

Alexander is het niet met hem eens. Dagmar was woedend op hen allebei, omdat ze het uit hand hebben laten lopen, maar ze is ook direct gekomen, toen ze in het ziekenhuis lagen en daarna veel langer gebleven om hen te helpen. Over een paar weken komt ze weer langs en volgend jaar wil ze elke twee weken op bezoek komen. Ze is veel meer dan een goede vriendin voor hen en ze zijn haar meer schuldig, dan ze ooit kunnen goedmaken.

„Zorg ervoor, dat je weer goed contact met haar krijgt. Ze heeft nog steeds verwachtingen van ons. Als het goed komt, beter wordt, komt de rest ook in orde.“
„Ik hoop het. Ik heb er een zooitje van gemaakt.“
„Dat hebben we alletwee gedaan.“
„Nee, Alexander. Ik heb gelogen. Als ik niet had gelogen en stiekem naar de sporthal was gegaan, zou dit helemaal niet zijn gebeurd. Wanneer ik niet meer had gedaan, dan ik mocht doen, dan was ik ook niet op die gekke gedachten gekomen.“
„Misschien. We weten het niet zeker. Ik ben nu gewoon gelukkig, dat het goed heeft uitgepakt.“

Alexander weet, dat alles nog lang niet in orde is, ook al wil zijn schat verder gaan en weer beginnen met een leven. Het zou in orde zijn, wanneer Robin direct voor of na de bruiloft in het ziekenhuis was opgenomen, wanneer hij zijn verzwakte lichaam niet verder had uitgeput in de sporthal, wanneer …

„Ik ook.“

Robin’s reactie haalt hem weer terug naar de dag van vandaag. Alexander buigt zich voorover en kust Robin’s voorhoofd. Zijn schat kijkt wat beledigd en wijst op zijn lippen. Alexander kust hem opnieuw op de goede plaats. Hij wil zich nu niet schuldig voelen en niet nadenken over hoe, hij het beter had kunnen doen. Op dit moment wil hij genieten van deze tijd samen. Robin kijkt hem aan.

„Wil je me iets beloven?“
„Wat?“
„Dat je net zo eerlijk tegen mij bent, als je wilt dat ik tegen jou ben.“
„Dat doe ik al.“
„Nee … Je houdt nog steeds dingen voor mij achter, je probeert mij nog te ontzien.“
„Nee, dat doe ik niet.“
„Wolfgang heeft mij vandaag al iets verteld, jij was in de badkamer.“
„Was het iets goeds of slechts?“

Alexander vraagt zich af wat Wolfgang te maken heeft met Robin’s beschuldiging, dat hij hem ontziet. Robin kijkt hem even aan en staart daarna naar het plafond, terwijl hij spreekt.

„Het ging over Silke’s begrafenis. Ik zou met je zijn meegegaan, als dat mogelijk was.“
„Ik weet het.“

Hij vindt de opmerking prettig om te horen, al groeit zijn argwaan, omdat hij niet weet, waar dit toe leidt.

„Ik zou graag willen, dat ze er nog is en je wat problemen bezorgt. Het zou gemakkelijker zijn, dan wat jij de laatste tijd hebt meegemaakt.“

Robin heeft gelijk. De streken van Silke zijn niets in vergelijking met het verdriet en de spijt, die hij tot diep in zijn hart voelt. Beide emoties drukken nog steeds zwaar op hem. Hij hoopt dat Robin’s herstel helpt om sneller over deze gevoelens heen te komen.

„Hij zei, dat het een mooie begrafenis was. Tijdens de dienst heb je een roos vastgehouden en alle doornen eraf gehaald?“

Alexander herinnert zich voor het eerst sinds de begrafenis de doornen en de roos.

„Wolfgang heeft mij verteld, wat hij dacht tijdens de begrafenis. Hij zei, dat je aan hetzelfde dacht.“

Robin waagt zich op emotioneel terrein, waar Alexander vanavond niet heen wil. Hij is nog verdrieting over haar definitieve vertrek van deze wereld. Robin kijkt hem opnieuw aan.

„Ik weet zeker, dat ze het weet.“
„Wat weet ze?“
„Dat je haar hebt vergeven. Waar ze nu ook is, ik weet zeker, dat ze dat weet.“

Zoran Jelenković – Mjesec je žut

Alexander kijkt even opzij om aan Robin’s ogen te ontsnappen.

„Alsjeblieft … vanavond wil ik er niet mee bezig zijn.“
„We moeten erover praten, Alexander. Ik was erbij, toen ze vertrok. Ik heb gezegd, dat je naar de politie moest gaan. Ik weet nog hoe boos je was en wat je hebt gezegd. Maar ik weet ook, dat je haar de diefstal uiteindelijk zou vergeven, ongeacht of ze het geld zou teruggeven of niet. Het was niet vreselijk veel trouwens.“

Alexander gromt.

„Dit gaat niet over het geld! Dat interesseert mij niet. Silke is overleden!“

Alexander heeft geen zin in discussies vanavond. Hij wil een vrije avond, vrij van rouw en ander verdriet. Deze avond wil hij aan alles ontsnappen en verschuift zijn kussens om rechtop te gaan zitten met zijn armen naast zich.

„Op haar begrafenis zat je aan mij te denken in plaats van aan haar.“

Robin daagt hem uit.

„Neem me het eens kwalijk. Na alles wat met je is gebeurd … ik ben je dit jaar drie keer bijna kwijtgeraakt … een begrafenis is wel het laatste, wat ik wil meemaken. Het was nog onzeker, of en hoe jij het zou redden.“
„Je weet wat ik bedoel, Alexander.“

Alexander tuit zijn lippen. Hij weigert vanavond over de begrafenis en Silke na te denken, laat staan, dat hij erover wil praten.

„Je bent teruggekomen van de begrafenis en je hebt geen woord tegen mij gezegd hierover, Alexander. Je bent ’s avonds bij me langsgekomen in het ziekenhuis en we waren een paar uur alleen. Je had genoeg tijd om het mij te vertellen.“

Alexander is vastberaden.

„Nee. Het was een zware dag. Het was nog te vers.“
„Daarom zou je er met mij over moeten praten.“

Alexander’s hartslag versnelt. Hij voelt zijn gezicht gloeien. Van binnen zou hij graag willen, dat hij een aanval krijgt, zoals Robin eerder vandaag en hij daarom hier niet over hoeft te praten. Robin beweegt zich langzaam overeind, zodat hij naast hem kan zitten en hem goed aan kan kijken.

„Je kunt voor mij niet een andere maatstaf aanhouden. Hoe kan ik mijn eigen gedrag verklaren, als jij maar een deel van je emoties laat zien?“

Alexander kijkt hem aan. Robin is op dit ogenblik niet eerlijk.

„Waarom verwijt je mij, dat ik mijn emoties filter, terwijl jij niets vertelt over je moeder? Ik heb je er maanden geleden naar gevraagd?“
„Ik heb niet alles onthouden, Alexander. Ik heb altijd geloofd, dat het een gerucht was. Pas toen Sascha erover begon, kwamen sommige dingen terug.“
„Waarom heb je niets verteld?“

Robin houdt vol.

„Ik was nog geen vijf, toen het is gebeurd. Sascha wist ook niet alles. De afgelopen dagen hebben we met elkaar vooral daarover gesproken en ik heb het je verteld, zodra ik het verhaal compleet had. “

Alexander wil niet toegeven.

„Maar hoe zit het met de reden, waarom je weer bent gaan sporten, de echte reden?“
„Ik dacht, dat ik het je had verteld. Blijkbaar kwamen Wolfgang en Henriette er tussen. We hadden allebei andere dingen aan ons hoofd.“
„Als ik het had geweten, dan had ik …“

Alexander maakt zijn zin niet af. Robin kijkt nog steeds naar hem in de overtuiging, dat hij het goed heeft gedaan. Net als tijdens elk andere belangrijk gesprek in de laatste weken, krijgt Alexander het gevoel, dat hij ergens van wordt beschuldigd. Robin fluistert.

„Blijf alsjeblieft bij het onderwerp. Ik wil, dat je het mij vertelt.“
„Het was te snel, te vroeg. Ik wilde je niet overstuur maken. Ik was bang, dat je lichaam het niet aan zou kunnen.“
„Alexander, luister. Als ik je ergens mee heb gekwetst, dan wil ik het weten, zelfs als ik ervan overstuur raak. In het ziekenhuis was dat niet zo erg geweest, ik lag toch aan een monitor. Maar wanneer je niets vertelt, dan heb je mij en jezelf ermee. We hebben dat al te lang gedaan en we moeten daarmee stoppen, vanwege alle extra dingen, die we er momenteel bij hebben en misschien nog krijgen.“

Alexander leunt tegen het hoofdeinde en staart naar de deur. Zal hij op de bank in de woonkamer gaan slapen om een einde te maken aan dit gesprek?

„Vertel het me, alsjeblieft.“

Alexander draait zich snel om naar zijn schat. Hij gaat op zijn knieën recht tegenover hem zitten en kijkt hem direct in zijn ogen.

„Iedere keer als ik naar de kist keek, zag ik in mijn gedachten jou erin liggen. Zelfs bij haar graf, had ik het gevoel, dat ik jou aan het begraven was. Wilde je dit weten?“

Robin kijkt verbaasd en tegelijk een beetje opgelucht, terwijl hij instemmend met zijn hoofd knikt.

„Ik voel me er vreselijk onder. Ze is ook een zus voor mij geweest. Ik voel me er schuldig over. Het was Silke’s begrafenis en ik kon niet om haar rouwen, geen afscheid nemen.“
„Het is mijn schuld, Alexander.“

Tranen van wanhoop, woede en rouw komen op in zijn ogen en druppelen over zijn wangen, terwijl hij verder praat.

„Ze is wel familie van mij! Ik verloor … ik … ik ben bijna mijn hele familie kwijtgeraakt door je … idiote plannen. Je wilde Wolfgang op afstand houden. Dat betekende, dat ik hem ook op afstand moest houden, dat ik het contact met mijn familie moest verminderen. Het is bijna gelukt. Ik weet niet, of ze ooit mij weer zouden willen zien, vooral Charlie en Bastian.“

Alexander droogt zijn ogen. Zijn stem is rustig.

„Zelfs als je het niet had gered, zou het niet goed gaan. Ik zou blijven liegen om de herinneringen aan jou te beschermen. Alles zou dan op een leugen gebaseerd zijn! Vroeger of later zou het echte verhaal toch wel uitkomen, dat weet ik zeker. Dan zou ik ze definitief kwijt zijn.“

Robin probeert iets te zeggen, maar zwijgt.

„Ik zou door je idiote plan uiteindelijk helemaal alleen komen te staan. Jij zou er niet meer zijn. Mijn familie zou zijn verdwenen. Alle vrienden waarschijnlijk ook. Ik zou alleen overblijven!“
„Het spijt …“

Robin wil reageren maar Alexander onderbreekt hem opnieuw.

„Ik ben zo stom geweest om mee te gaan met je plan. Wolfgang zei het net tegen mij: ik had het beter moeten doen!“
„Alexander, …“
„Wil je iets aparts horen? Ik benijd je. Jij hebt een excuus. Ik niet en dat maakt me jaloers. Mijn enige excuus is, dat ik niet goed heb gezien, waar we eigenlijk mee bezig waren. Ik hou teveel van jou, ik heb je niet goed geholpen … Ik krijg verwijten van iedereen, die hier vanaf weet. Vooral, dat ik dom of blind ben. Het ergste is, dat ze gelijk hebben. Ik krijg alleen te horen, wat ik had moeten doen, alsof ik dat zelf al niet weet. Ik had je moeten dwingen je te laten opnemen in het ziekenhuis. Iedereen, die je mag en hiervan weet, zegt dat. Wat had ik moeten zeggen, als je niet op de bruiloft erbij was geweest? Het is belachelijk, als je weet, dat je leven op het spel stond. Maar ik kan het niet meer terugdraaien, ik kan het niet meer veranderen. Weet je, het is ergens ook ironisch … ik heb jarenlang mijn ouders en mijn broer niet gesproken. Dat begint nu langzaam aan weer op te bouwen, maar ik heb ze niets verteld, omdat het contact nog te vers is. Ik ben bang, dat ik ze weer kwijtraak wanneer ze echt alles te weten komen. Weet je, hoe dat voelt?“

Alexander laat zijn tranen weer de vrije loop. Robin probeert hem aan te raken, maar Alexander duwt zijn hand weg. Hij wil geen troost of medelijden. Hij wil dat Robin weet, hoe het voelt om alleen te staan, om kritiek van iederen te moeten verdragen en toch door te gaan.

„Ik weet hoe het is, Alexander. Ik voel mij precies zo, als ik alleen al naar je kijk. De manier, zoals je naar kijkt, mij volgt, mij beschermt. Ik voel me net zo. Ik wil jou terugwinnen.“

Alexander staart naar Robin, die vochtige ogen krijgt.

„Jij bent de enige, die niet tegen mij is uitgevallen. Toen ik nog ziek thuis was, heb je geen ruzie met mij gemaakt.“
„Ik wilde je niet kwijtraken. Ik was bang.“
„Ik ben nu bang, Alexander.“

Alexander’s hart slaat over. Hij begrijpt niet, wat Robin bedoelt. Hij is doodsbang voor slecht nieuws, nu het er positiever begint uit te zien.

„Ik ben bang voor wat de arts zal vertellen en gaat doen. Ik ben bang om te denken wat er zal gebeuren na … Ik wil geen medicijnen, die meer fout dan goed doen.“

Robin legt een hand op zijn knie en knijpt een beetje. Hij tilt zijn hand op, maar laat hem weer zakken. Alexander snikt, terwijl hij zijn tranen probeert tegen te houden, die onophoudelijk telkens weer naar buiten willen en die hij nu niet kan gebruiken.

„Ik wil beter worden, maar ik ben bang voor medicijnen, die mij veranderen, die mijn gevoel onderdrukken. Ik wil niet als een zombie rondlopen. Ik wil gezond zijn en ik wil mezelf zijn. Ik wil kunnen leven. Van mijn … van ons leven genieten.“
„Je moet wel naar de arts.“

Alexander dringt aan.

„Dat zal ik doen. Ik wil graag, dat je daarbij bent.“
„Ik wil graag met je meegaan. Maar je moet wel luisteren naar de artsen en naar je lichaam. Je moet echt accepteren, wat je lichaam wel en niet kan. Je moet leren ermee te leven.“
„Daar ben ik bang voor, Alexander. Ik weet niet, wat ik de rest van mijn leven nog kan doen.“

Een gevoel van opluchting overspoelt hem nu, eindelijk durft hij een arm naar Robin uit te steken. Zijn schat pakt zijn hand vast en begint erover te wrijven, te strelen. Alletwee kijken ze elkaar met natte wangen aan voordat ze weer gaan liggen. Alexander verplaatst wat kussens, zodat hij naast Robin kan liggen zonder hem pijn te doen. Met een arm over de buik van de ander en hun gezichten tegen elkaar blijven ze een tijdje liggen. Robin’s schorre stem doorbreekt de stilte.

„Hoe denk je over ons? Hebben we nog een toekomst?“
„Ik heb niet alles voor je gedaan om je te verlaten, Robin.“
„Daarom wil ik graag, dat je me alles vertelt … zoals net. Anders weet ik niet, wat er in je omgaat, wanneer je verdriet hebt of … Je moet eerlijk tegen mij zijn.“
„Jij ook. Je moet eerlijk zijn tegen jezelf, echt doen wat de artsen vertellen, op de signalen van je lichaam letten, anders zal je nooit beter worden. We moeten alletwee weer op andere mensen durven te bouwen. Wolfgang en Sascha verwachten dat van jou, Bastian en Charlie verwachten het van mij. Je moet ze meer durven te vertellen dan je tot nu toe gewend bent.“
„Dat lukt me alleen met jouw hulp.“
„Iedereen wil je helpen.“
„Dank je.“
„Maar Robin, ik wil niet, dat iedereen alles van ons weet. We moeten ook dingen voor onszelf houden.“
„Hoe bedoel je?“
„Wat ik je heb beloofd, toen je ziek thuis was, om je te laten sterven. De belachelijke vraag van Henriette over onze gezondheid. Jouw verleden. Dat zijn al drie dingen, die ik liever voor onszelf hou. Ik wil niet alle details op straat.“
„Mijn verleden ligt al bijna op straat.“
„Nee. Van mijn familie weten alleen Lars en Charlie ervan. Verder Dagmar, Sascha, Astrid en ik. We houden het allemaal stil.“
„Je vergeet Thore op het kasteel … die moest ik het wel vertellen, hij is mijn chef.“
„Bij Thore zijn alle kasteelgeheimen veilig.“
„Dat is waar. Ik denk meer na over Henriette’s vraag … ik weet het niet. We zijn seronegatief. Je kunt het gebruiken om haar vertrouwen te winnen of om haar te laten zien, dat je haar vertrouwt, zelfs al weet ik, dat je haar nooit meer echt zal vertrouwen.“
„Dan gedragen we ons net zoals Henriette. Ik vertel liever helemaal niets.“
„Goed.“

Robin zwijgt even om daarna moeizaam verder te praten terwijl ze elkaar aankijken.

„Een volgende keer laat je me niet sterven, het was verkeerd van mij om je dat te vragen. Maar ik wil het wel volgende week bij de arts bespreken, heb je het al opgeschreven?“
„Ja.“
„Goed. Dagmar weet ervan, maar verder hoeft niemand te weten, hoe ver je voor mij wilde gaan.“
„Dank je.“

Het paar blijft een tijd liggen, terwijl ze nadenken. Alexander vindt het vervelend om Robin sommige dingen te vertellen, maar hij heeft gelijk. Ze hebben hun geluk nu in hun handen, ze willen het vasthouden, daarom zou het nu verkeerd zijn nu te liegen of te zwijgen. Elkaar niet alles vertellen, brengt ze ook niet vooruit. Integendeel, het zou weer een stap achteruit betekenen.

Wanneer alles achter de rug is, zal het nooit meer hetzelfde zijn, zolang ze geheimen voor elkaar hebben. Vanavond hebben ze de eerste geheimen verteld. Hij heeft nooit eerder Robin zo duidelijk zijn angsten horen verwoorden. Robin fluistert weer.

„Sorry dat ik je net onder druk moest zetten om je aan het praten te krijgen over de begrafenis. Ik wilde niet meer wachten.“
„Ik durfde er niet over te beginnen, ik schaamde me teveel. Ik heb het gevoel, dat ik Silke in de steek heb gelaten. Bij haar begrafenis kon ik niet eens rouwen, omdat mijn gedachten iedere keer naar jou afdwaalden. Mijn angst om jou was groter dan het verdriet om Silke.“

Robin haalt gecontroleerd adem. Alexander beseft, dat Robin zijn lichaam tot rust wil brengen.

„Ik denk, dat ze het zou begrijpen.“
„Waarschijnlijk. Weet je, dat Silke mij achter je aan heeft gestuurd, nadat we ruzie hadden gekregen tijdens het uitgaan? Ze heeft ervoor gezorgd, dat we bij elkaar zijn.“
„Ze hield veel van je.“

Alexander probeert te glimlachen. Robin reageert op zijn glimlach.

„Ik wil, dat het tussen ons nog beter wordt. Ik wil je niet kwijtraken.“
„Zorg ervoor, dat je beter wordt. Alsjeblieft, doe het voor jezelf, voor mij, voor ons.“

Robin tast langs zijn lichaam om Alexander’s hand van zijn buik naar zijn borst te trekken. Hij begint Alexander’s vingers en handen te masseren. Het herinnert Alexander aan hun vroegere leven, toen ze werkelijk geloofden, dat niemand of niets tussen hen in zou kunnen staan. Alexander strijkt met zijn andere hand door Robin’s haar.

Het is fijn om weer bij elkaar te zijn, maar het is nu al veel beter. Ze zijn alletwee vastbesloten om het nog beter te doen en willen beide aan hun geluk en liefde vasthouden.