18 april 2021

Aan de andere kant … – 19 Wat een eikel ben ik toch

“Je hebt gelijk. Het heeft weinig zin nu te gaan zitten piekeren. Kom, we gaan ontbijten”, kom ik overeind en reik mijn hand naar hem uit. “Ik vertrouw erop dat de Heere me wel zal laten zien wat ik moet doen.”
“Denk jij dat nou echt?”, pakt Manuel mijn hand en hijst zichzelf omhoog.
Ik knik. “Absoluut. Ik weet gewoon dat er de komende tijd allerlei dingen gaan gebeuren die me steeds duidelijker maken wat ik moet doen.”
“Maar dat heeft toch niks met God te maken?”
“Voor jou misschien niet, voor mij wel”, haal ik mijn schouders op. “Breek je mooie hoofd er maar niet over, jongen”, druk ik een kus op zijn lippen. “Aankleden, jij!”, tik ik hem op zijn kont. “Ik wil een beetje op tijd beginnen vandaag. Niet dat we weer nauwelijks tijd hebben om te repeteren”, grinnik ik.
“En dat kwam door mij, natuurlijk”, speelt hij verontwaardigd.
“Uiteraard, door wie anders?”, grijns ik plagend.

***

“Hoeveel zal ik erin gooien?” Vragend draait hij zich naar me toe.
“Voorlopig zijn we nog niet terug, doe maar voor de rest van de middag”, stel ik voor.
Terwijl Manuel geld in de parkeermeter gooit, loop ik het bos in. “Hier, ‘Kreidefelsen’, deze kant op”, roep ik terwijl ik stilsta voor het richtingbord en op hem wacht.
“Kreidefelsen? Krijtrotsen?” Verbaasd komt hij naar me toe lopen. “Hier?”
“Jazeker”, grinnik ik.
“Je zit me voor de gek te houden. Krijtrotsen heb je toch alleen in Noord-Frankrijk en Engeland?” Met een scheef hoofd kijkt hij me aan.
“Nee echt, hier ook. Kom nou maar.” Ongeduldig pak ik zijn hand vast en trek hem mee.

De wind ruist zacht door de bomen, af en toe fluit een vogel maar verder is het stil. Dicht naast elkaar volgen we het pad door het bos.
In de verte klinken stemmen. Meteen laat ik mijn hand uit Manuel’s hand glijden maar hij grijpt me stevig vast.
“Relax, Vic. Ze kennen ons niet, jongen”, lacht hij.
“Wat als ze me herkennen uit de krant of zo?”, piep ik nerveus.
“Nou en? Morgen zijn ze het weer vergeten. Kom, gewoon doorlopen”, grinnikt hij. “Niks aan de hand.”

Vriendelijk groetend passeren we even later een man en een vrouw met twee kinderen. Niet veel later staan we bovenaan een lange houten trap die langs de rotsen naar beneden kronkelt. Tussen de bomen door hebben we een fantastisch uitzicht over de Oostzee en op de, door de felle zon belichte krijtrotsen die spierwit afsteken tegen de groene bladeren.
“Wow!”, zucht Manuel onder de indruk. “Dat is even wat anders dan Zeeland!” Hij slaat zijn arm om me heen en leunt tegen me aan. “Gaaf zeg”, fluistert hij.
Glimlachend streel ik zijn wang en draai naar hem toe. “Kwam je er vaak?”
“Voor mijn vader ziek werd”, knikt hij. “We hadden een stacaravan op een camping in Zeeland. Lekker de hele dag op het strand spelen, beetje zwemmen. En hutten bouwen, van wrakhout”, vertelt hij glunderend. “Ik herinner me een keer dat mijn broers en ik een hut in een duinpan gebouwd hadden. Keigoed gelukt! Flinke kuil gegraven, planken rechtop, dak erop getimmerd en aan drie kanten muurtjes gemaakt. Oud laken ervoor als deur. Man, dat was een geweldige hut! Er hebben zelfs een keer twee Belgen in geslapen. Vonden we de volgende dag een briefje met een chocoladereep erbij. ‘Bedankt voor de slaapplaats’, stond erop”, grijnst hij.
“Oh, echt?”, grinnik ik. “Dat soort dingen deden wij nooit. Mijn broers en zussen waren allemaal het huis als uit toen ik zeven was.”
“Ben jij een nakomertje?”, vraagt hij verbaasd.
“Yep. Lucie, mijn jongste zus is bijna twaalf jaar ouder dan ik”, lach ik.
“Dat meen je niet! En je oudste broer of zus?”
“Broer én zus. ’t Is een tweeling”, verduidelijk ik. “Robert en Ria.”
Hij knikt “ Hoeveel scheel je met hun?”
“Tweeëntwintig jaar”, grinnik ik. “En tussen de tweeling en Lucie zitten nog twee broers en een zus”, lach ik. “Kom, we gaan verder”, druk ik een kus op zijn mond.
“Is dat niet gek, als je zoveel jonger bent dan de rest?”, begint hij de trap af te lopen.
“Ach”, haal ik mijn schouders op. “Ik voelde me meer enigst kind dan jongste in een groot gezin. Ik heb niet zoveel contact met mijn broers en zussen.”
“En je ouders?”
“Mijn moeder is twee jaar geleden overleden, mijn vader leeft nog maar ik heb hem niet meer gezien sinds Ciska me vorig jaar betrapt heeft”, grinnik ik.
Abrupt staat hij stil en draait zich om. “Betrapt?” Verbaasd kijkt hij me aan.
“Betrapt ja”, grinnik ik. “Op mijn kamer, terwijl ik porno zat te kijken.”
“Echt?”, grijnst hij. “Zat je te rukken?”
“Nee, in mijn neus te peuteren, nou goed?”, lach ik. “Natuurlijk! Wat moest ik anders? Zeg nou zelf, zou jij niet rukken als je vrouw nooit seks wil?”
“Eh, jij spoort geloof ik niet. Zie je mij met een vrouw?”, proest hij uit. “Nee, mannetje, zoiets zal mij niet overkomen. Deze jongen heeft inmiddels wel helder waar hij van houdt”, grijnst hij breeduit terwijl hij weer verder loopt.
“Ja, lach jij maar”, loop ik hem achterna. “Het was nog maar het begin, Ciska was alles staten. Ze smeet me voor de voeten dat ik een smerige leugenaar was omdat ik haar voor ons trouwen had gezegd dat ik er niks mee wilde doen. Ik heb geprobeerd haar te kalmeren maar ze wilde niks van me weten. Helemaal overstuur sloot ze zich op in de slaapkamer. Tja, toen ben ik maar naar de logeerkamer gegaan”, haal ik mijn schouders op.

“Shit, Vic. Je slaapt toch niet al sindsdien op de logeerkamer, hè?”, onderbreekt hij me verschrikt.
“Nee gek, dan was ik allang weggeweest”, schiet ik in de lach.
“Oh gelukkig”, grinnikt hij.
“De volgende ochtend, zat Martin op de bank”, ga ik verder.
“Martin? De dominee?” Verbaasd sperren zijn ogen open.
“De dominee”, knik ik bevestigend. “Ze had hem erbij gehaald omdat ik had gezondigd. Ze hoopte dat Martin me kon laten inzien dat ik fout was geweest en wilde dat ik mijn zonden zou opbiechten en vergiffenis zou vragen.”
“Jemig”, grinnikt hij. “En Martin vond natuurlijk dat ze gelijk had?”
“Martin was stomverbaasd toen hij het hele verhaal hoorde. Het eerste wat hij wilde weten, was waarom we er tijdens de voorbereiding van ons huwelijk niet met hem over gepraat hadden.”
“Die is gek!”, lacht Manuel. “Waarom zou je dat doen?”
“Dat zei ik ook”, grijns ik. “Beetje overbodig ook. Ik had al een paar jaar geen homoseksuele contacten meer dus wat voor nut zou dat gehad hebben?”
“Precies”, knikt hij instemmend.
“Martin was het niet met me eens en wees me erop dat ik, door homo porno te kijken, mijn homoseksuele gerichtheid in stand hield.”
“Wat een onzin”, reageert hij verontwaardigd terwijl we aan de voet van de krijtrotsen het strand op lopen. “Alsof dat zomaar verdwijnt als je geen porno kijkt”
“Mijn idee”, grinnik ik. “Ik zag het probleem niet zo. Zeg nou zelf, welke man kijkt geen porno? Zo erg is dat toch niet?”
“Lijkt me niet”, grinnikt hij.
“Maar Martin had misschien wel een beetje gelijk”, geef ik met tegenzin toe. “Want dat porno kijken was niet het enige. Wel het enige wat Ciska weet, maar er was veel meer”, biecht ik schoorvoetend op.
“Victor Bos!” Abrupt draait Manuel zich om en kijkt me quasi streng aan. “Ik leer een heel andere kant van jou kennen. Wat heb jij, behalve rotzooien met mij, nog meer uitgespookt waar je vrouw niks vanaf weet?”

Ik schiet in de lach. Wonderlijk dat ik er met hem zo ontspannen over kan praten. Wat ik hem ga vertellen, heb ik nog nooit iemand verteld. Uit schaamte? Bang om veroordeeld te worden? Afkeurende blikken? Is het niet omdat ik homo ben, dan wel omdat ik mijn vrouw bedrieg…
Waarom kost het me dan zo weinig moeite het hem te vertellen? Voor hetzelfde geld vindt hij me ook een ouwe viezerik.
Nee, dat geloof ik niet. Zo is hij niet…

“Oké”, grinnik ik. “Maar dit blijft wel onder ons, hè? Helemaal niemand weet dit van mij en ik ben er niet echt trots op”, benadruk ik.
“Natuurlijk”, reageert hij verontwaardigd. “Wat denk je wel niet van mij?”
Hand in hand lopen we over het, met grote kiezelstenen bezaaide strand, richting het kleine vissersdorpje verderop.
“Het ging mis toen Claire net geboren was”, begin ik te vertellen. “Daarvoor was er weinig aan de hand. Ik keek er zo naar uit toen we trouwden. Eindelijk weer een heerlijk, warm lijf tegen me aan. Ik kreeg al een stijve bij de gedachte. Maar toen toen het zover was, deed het me gek genoeg, helemaal niks. Ciska dacht dat het de spanning was en ik liet haar in de waan. Tegelijkertijd nam ik me voor voortaan, voor we naar bed gingen, toch eerst even een filmpje te kijken. Niet om klaar te komen, hoor. Alleen maar opgeilen, zodat ik met haar kon vrijen.”
“Jemig, Vic”, reageert hij verbaasd. “Vond je het wel lekker dan? Klinkt een beetje als een verplicht nummer.”
“Nee, nee, dat was niet zo in het begin. Ik vond het heerlijk, ik werd alleen niet geil van haar. Maar als ik mijn fantasie van te voren een beetje prikkelde, ging het prima.”
“Ik zou dat toch maar niks vinden”, onderbreekt hij me.
“Tja, het was beter dan rukken”, lach ik.
“Dat bedoel ik niet”, schudt hij zijn hoofd. “Ik zou het maar niks vinden als jij met mij zou vrijen terwijl je ondertussen over andere jongens fantaseert.”
Ik schiet in de lach. “Halve gare. Waarom zou ik in hemelsnaam over andere jongens fantaseren? Jij was mijn fantasie en die is nu ineens echt! Man, d’r is in mijn hoofd geen plaats voor iemand anders”, grinnik ik.
“Gelukkig”, knijpt hij in mijn hand.

“Anyway”, pak ik de draad weer op. “In het begin van ons huwelijk werkte het prima, maar nadat Claire geboren was, veranderde dat. Ciska had alleen maar aandacht voor Claire en zin in seks had ze niet meer. Dus ja, toen bleef er weinig anders over dan mezelf helpen.”
“Zo erg is dat toch niet? Daar hoef je je echt niet voor te schamen, hoor. Zoveel mannen bevredigen zichzelf wel eens bij een filmpje.”
“Ongetwijfeld”, grinnik ik. “Maar niet iedereen reageert op die filmpjes en zoekt contact met andere mannen die die filmpjes leuk vinden.”
“Deed jij dat?” Verbaasd kijkt hij opzij. “Heb jij online met andere mannen…?”, grijnst
hij. “Dat had ik niet achter jou gezocht.”
“Het was zo spannend”, grinnik ik. “Je hebt geen idee! Zo geil als een konijn op zoek naar iemand om mee te cammen. Wel goed oppassen natuurlijk, altijd de deur op slot, geen pottenkijkers want ik wist dondersgoed dat Ciska niet blij zou zijn als ze erachter zou komen.”

Hoofdschuddend kijkt Manuel me aan. “Dus je had nog mazzel dat ze je alleen maar met een filmpje betrapte?”
“Meer geluk, denk ik. Als ze me niet betrapt had, was ik beslist weer veel verder gegaan.”
“Sorry, ik snap het niet.”
“Laat me dan ook uitpraten”, grinnik ik. “Toen Ciska me vorig jaar betrapte, was ik net weer begonnen met porno kijken.”
“Was je ermee gestopt dan? Waarom dan? Ik snap er echt helemaal niks van.”
“Omdat ik, toen Claire zo’n beetje een jaar oud was, een man leerde kennen die voorstelde eens af te spreken”, begin ik uit te leggen. “Samen rukken, misschien elkaar pijpen…”
“Wat?”, briest hij ineens. Abrupt staat hij stil en draait zich naar me toe. “Ik dacht dat je zei dat dat acht jaar geleden was! Fuck man, we hebben het zonder condoom gedaan!” Zijn ogen schiet vuur.
“Rustig”, kalmeer ik hem. “Er is niks gebeurd. Op het laatste moment ben ik omgedraaid en naar huis gegaan.
“Echt?” Weifelend kijkt hij me aan.
“Erewoord.” Ik pak zijn handen vast en kijk hem diep in zijn mooie, donkerbruine ogen. “Ik had met die man afgesproken op een parkeerplaats, maar toen ik zijn auto zag, schrok ik me kapot. Hij had een kinderstoeltje achterin. Je weet wel, zo eentje als ik voor Claire heb. Ineens zag ik mezelf. Getrouwd, stiekem afspreken met volslagen onbekenden, puur voor de seks. Ik walgde van mezelf, ben naar huis gereden, heb minstens een uur onder de douche gestaan, hoewel er niks gebeurd was, en nagedacht. Ik heb alles weggegooid, Manuel. Alle filmpjes, alle inlogaccounts, de mailadressen die ik gebruikte, zelfs m’n webcam. Ik wilde er niks meer mee te maken hebben.”
“Shit, Vic. Sorry”, verontschuldigt hij zich direct. “Ik had je moeten vertrouwen, maar ik schrok.”
“Daar zou ik toch mee oppassen”, grinnik ik. “Volgens mijn vrouw ben ik niet te vertrouwen. Ze vond het zelfs nodig een bijbeltekst op mijn laptop te plakken om te voorkomen dat ik tijdens de tournee porno zou gaan kijken.”
“Is dat alles? Ik heb gehoord dat je stiekem met je registrant rotzooit”, grijnst hij terwijl zijn gezicht dichterbij komt.
“Nee, echt?”, speel ik verbolgen. “Wat een eikel ben ik toch!”
“Wel een hele lieve”, fluistert hij, voor hij me kust.
Kreunend trek ik hem tegen me aan.