“Het moet afgelopen zijn met dat geflirt van hem”, zeg ik vastberaden tegen mezelf. “Ik ga hem zeggen dat ik er niet van gediend ben, dat ik weet dat hij denkt dat ik ook homo ben, maar dat het niet klopt, dat Ruben het fout heeft.”
‘Is dat werkelijk wat je wilt, Victor?’, fluistert het stemmetje in mijn hoofd. ‘Als je zegt dat je er niet van gediend bent, zijn al je kansen verkeken…’
“Hou jij nou nooit op, eikel?”, schreeuw ik woedend. “Laat me met rust, ik wil dit niet!” Wanhopig sla ik met mijn vuisten op het stuur. Tranen schieten in mijn ogen.
“Victor”, wordt er ineens op het raampje geklopt.
Verschrikt veeg ik mijn wangen droog en draai het raampje open.
“Kom, zo kun je niet rijden.” Ruben opent de deur, helpt me uitstappen en haalt de sleutel uit het contactslot.
“Ik laat jullie wel even alleen”, staat Sjoerd op als Ruben en ik weer binnenkomen.
“Dat hoeft niet”, zeg ik zachtjes. “Blijf maar.” Met een diepe zucht laat ik me weer op de bank zakken. Ten einde raad kijk ik mijn oude vriend en zijn man aan. Opnieuw wellen er tranen op in mijn ogen. “Wat moet ik nou?”
“Als je nu eerst eens uitlegt wat er aan de hand is, misschien kunnen we je dan helpen”, stelt Ruben voor terwijl hij weer naast zijn man gaat zitten.
Sjoerd knikt bevestigend. “Gooi het er maar uit, jongen. Ruben en ik zijn wel wat gewend.” Glimlachend legt hij zijn hand op Ruben’s been.
Gooi het er maar uit? Maar wat als zij me net zo veroordelen als de rest? Of als ze vinden dat ik bij Ciska weg moet gaan?
De knoop in mijn maag breidt zich razendsnel uit door mijn hele lijf. Mijn handen trillen, mijn mond is kurkdroog. Hoe kunnen zij me nou helpen? Er ís toch gewoon geen oplossing? Ik bén toch gewoon een oversekste, getrouwde kastnicht die helemaal geobsedeerd is door een knul van negentien?
Langzaam biggelt een traan langs mijn wang. “Ik wil dit niet”, fluister ik hees.
“Wat wil je niet, Vic?”, probeert Ruben voorzichtig wat uit me te krijgen.
“Manuel…”, zeg ik zachtjes. “Ik… eh…”, begin ik aarzelend terwijl twee paar ogen me gespannen aankijken.“Door wat jij zei…” Nerveus bijt ik op mijn lip. Opnieuw voel ik paniek opkomen maar ik dwing mezelf kalm te blijven. Ik haal een keer diep adem en ga verder. “Hij weet het… van mij. Door wat jij zei”, breng ik moeizaam uit.
“Maar dat is toch niet zo erg?”, reageert Ruben verbaasd.
“Jawel”, fluister ik. “Gisteravond… Op de terugweg… Hij vertelde… Hij denkt dat hij homo is”, hakkel ik. “ Hij… Hij wil wat… van me.” Wanhopig kijk ik hem aan.
“Manuel is homo? Ik dacht al zoiets”, glimlacht Sjoerd terwijl hij een veelbetekenende blik naar Ruben werpt.
“Jongen, maak je niet zo druk”, probeert Ruben me te kalmeren. “Dat wil toch niet zeggen dat hij wat van je wil? Niet alle homo’s denken alleen maar aan seks, hoor”, lacht hij.
“Waarom daagt hij me dan zo uit?”
“Vertellen dat je homo bent, noem ik geen uitdagen”, grinnikt hij.
“Dat weet ik ook wel!”, val ik geïrriteerd uit. “Maar hoe noem jij het dan als iemand je voorstelt in adamskostuum voor je te registreren? Of als iemand je een paskamer inroept terwijl hij zijn broek nog omhoog staat te hijsen?”
“Deed hij dat?” Ruben’s ogen sperren open van verbazing. “Oei!”
“Hij doet niks anders dan dubbelzinnige opmerkingen maken”, zucht ik. “Ik dacht dat hij een beetje zat te dollen, maar nu ik weet dat hij… En dat hij weet dat ik… Nou ja, ineens krijgt alles een andere betekenis.”
“Ik zou er niks achter zoeken, als ik jou was”, probeert Sjoerd me gerust te stellen. “Hij weet toch dat je getrouwd bent? En anders vertel je gewoon dat je niet op die manier in hem geïnteresseerd bent, hij zal het heus wel begrijpen.”
Ik kijk hem lang aan en zucht opnieuw. “Was het maar zo simpel”, fluister ik zachtjes. Ik haal diep adem en raap al mijn moed bij elkaar. “Ik ben wél op die manier in hem geïnteresseerd”, geef ik schoorvoetend toe terwijl ik beschaamd mijn ogen afwend.
“Pardon?”, klinkt het in koor.
“Bedoel je… Je gaat me toch niet vertellen dat jij… Echt?” Stomverbaasd staart Ruben me aan. “Holy shit”, fluistert hij.
“En nu?”, wil Sjoerd weten.
“Ik weet het niet”, zucht ik vertwijfeld. “Als dit zo doorgaat, duurt het niet lang meer voor het fout gaat. Vanochtend betrapte Ciska me bijna. Ze maakte me wakker omdat ik lag te kreunen en te woelen. Weet je waarom? Omdat ik droomde dat hij me pijpte!”
“Oh, echt?”, grinnikt Ruben. “Sorry hoor, ik weet dat dit niet leuk voor je is, maar het is ook wel een beetje je eigen schuld. Jongen, je bent homo, dat gaat niet ineens over als je trouwt!”
“Dat weet ik ook wel”, reageer ik gepikeerd. “Ik ben niet achterlijk.”
“Nou dan? Dan kon je dit een keer verwachten. Of dacht je dat je nooit iemand tegen zou komen op wie je verliefd zou worden?”
“Niet zo hard, schat”, probeert Sjoerd zijn man wat milder te stemmen. “Hij kon, toen hij trouwde, toch niet weten hoe moeilijk zoiets zou zijn? Herinner jij je niet meer hoeveel moeite het jou in het begin kostte toe te geven aan je gevoelens voor mij? Jij wist ook niet beter dan dat het zondig was. Misschien was jij ook wel met een vrouw getrouwd als je mij niet had leren kennen.”
“Sorry”, verontschuldigt Ruben zich. “Je hebt gelijk, Sjoerd. Sorry, Vic.”
“Geeft niks, ik snap je wel”, wuif ik zijn verontschuldigingen weg. “Weet je, toen ik dacht dat hij onbereikbaar was, kon ik het hanteren. Ik genoot gewoon stiekem van hem, een beetje zoals bij ons vroeger. Hem terloops aanraken, zijn geur opsnuiven, zo lang mogelijk bij hem zijn, je weet wel wat ik bedoel.”
“Absoluut!”, grinnikt hij.
“Het maakte me vrolijk”, ga ik verder. “Als ik aan hem dacht, werd ik helemaal warm van binnen en dat maakte me hartstikke geil waardoor het met Ciska ineens ook een stuk lekkerder liep. In het begin was het best lastig maar na verloop van tijd begon het te wennen en vond ik het gewoon fijn. Het was onschuldig, het zat alleen maar in mijn hoofd. Ik was er op een bepaalde manier blij mee, snap je?”
Hij knikt langzaam. “Ik denk het wel.”
“Maar nu ineens is alles anders. Ik wil Ciska niet bedriegen, echt niet. Ik moet er niet aan denken”, slik ik moeizaam. Tranen prikken opnieuw achter m’n ogen. “Het voelt zo dubbel. Aan de ene kant wil ik dat hij uit mijn leven verdwijnt want het maakt alles kapot wat ik heb. Aan de andere kant wil ik zo graag bij hem zijn”, zucht ik verdrietig.
“Maar jongen, er is toch nog helemaal niks gebeurd?”, probeert Ruben me op te beuren.
“Nog niet, nee”, zeg ik zachtjes. “Maar volgende week gaan we voor drie weken samen op tournee.”
“Oh shit”, stoot Sjoerd uit.
“Wat moet ik nou?” Vertwijfeld kijk ik beide mannen aan.
“Wat wil je?”, stelt Ruben een tegenvraag. “Je vertelde dat je, voor je trouwde, een vriend hebt gehad maar dat…”
“Wat?” Ongelovig spert Sjoerd zijn ogen open. “Heb jij een vriend gehad? Waarom ben je dan getrouwd?”
“… je vader je overtuigd heeft dat een relatie tussen twee mannen nooit wat kan worden”, maak Ruben zijn zin af.
“Echt waar?”, komt Sjoerd er opnieuw tussen. “Jemig.”
Ik knik.
“Ben jij het nog steeds met je vader eens of twijfel je?”, gaat Ruben verder.
“Ik weet niet meer wat ik vind”, zucht ik radeloos. “Als ik jullie zie, denk ik dat mijn vader het fout heeft. Als ik terugdenk aan Eelco, zie ik wat hij bedoelt en als ik aan Manuel denk, ben ik helemaal in de war.”
“En als je aan Ciska denkt?”, vraagt Ruben voorzichtig. “Hou jij van haar? Of hebben jullie meer een verstandshuwelijk?”
“Natuurlijk hou ik van haar”, reageer ik verontwaardigd. “Daarom vind ik het ook zo erg haar te bedriegen.”
“Maar waarom zou je haar bedriegen als je van haar houdt?”, valt Sjoerd zijn man bij.
Ik frons mijn wenkbrauwen. “Wat bedoel je? Dat heeft toch helemaal niks met elkaar te maken? Ik bedrieg haar toch niet omdat ik niet van haar hou?”
“Waarom dan wel, Victor?”
“Omdat ik hém niet uit mijn kop krijg, natuurlijk.”
Ruben zucht. “Waarom ben jij eigenlijk met haar getrouwd?”
“Zij wilde graag kinderen”, antwoord ik prompt. “En ik zocht de warmte en geborgenheid van een liefdevolle relatie.”
“Maar je bent homo!” Ongelovig kijkt hij me aan.
“Ja en? Dat wil toch niet zeggen dat een relatie met een vrouw onmogelijk is? We kunnen het hartstikke goed met elkaar vinden en mijn geaardheid vindt ze geen probleem.”
“Je vrouw weet het?” Sjoerd’s mond zakt open van verbazing.
“Natuurlijk! Zoiets verzwijg je toch niet? Ik heb het haar direct verteld toen zij voorstelde te gaan trouwen.”
“En zij vond dat geen bezwaar?”
Ik schud mijn hoofd. “Eigenlijk vroeg ze me alleen maar of ik ook contact met mannen had. Niet dus! Nou, toen zei ze dat het haar dan niks uitmaakte.”
“En toen zei jij ‘ja’? Alleen maar omdat zij het geen probleem vond? En dat noem jij geen verstandshuwelijk?”, klinkt Sjoerd cynisch.
“Liefde moet groeien, Sjoerd”, verdedig ik mezelf. “In de bijbel staat…”
“Ach man, in de bijbel staat zoveel! Om liefde te laten groeien, moet er toch een zekere basis zijn en die ontbra…”
“Oh? En seksuele aantrekkingskracht is een goeie basis, denk jij?”, reageer ik fel. “Dream on, Sjoerd! Liefde groeit op respect en vertrouwen, op er voor elkaar zijn en samen kinderen grootbrengen, niet op seksuele aantrekkingskracht.”
“Het één hoeft het ander toch niet uit te sluiten?”
“Niet als je hetero bent”, knik ik. “Dan klopt het. Maar als je homo bent, is het anders.”
“Niet als je een man als partner hebt”, kaatst hij terug.
“Verdorie”, val ik geïrriteerd uit. “Ik had gehoopt dat jullie meer begrip zouden hebben, maar jullie zijn gewoon net zo erg als mijn vader! Hij veroordeelde mijn geaardheid, jullie mijn huwelijk!”
“Jongens”, probeert Ruben de verhitte gemoederen te sussen. “Dit heeft toch geen zin? Lieverd”, richt hij zich tot Sjoerd. “Weet je nog toen wij elkaar pas kenden? Ik had tijd nodig om voor mezelf uit te zoeken hoe het zat en wat ik wilde. Geef Vic ook wat tijd om zelf uit te zoeken wat hij wil. Keulen en Aken zijn niet in één dag gebouwd, jongen. Ik denk dat het al een
enorme stap was ons te vertellen wat er aan de hand is, of niet, Vic?”, draait hij zich weer naar mij.
Ik knik. Prompt prikken de tranen weer achter mijn ogen en begint mijn lip te trillen. “Ik weet echt niet meer wat ik moet, Ruben. Dit is meer dan alleen maar lust, veel meer. Dat kan toch helemaal niet?” Radeloos kijk ik mijn oude vriend aan.
“Je houdt van hem, of niet?”, vraag hij ineens.
Nauwelijks merkbaar knik ik…
Peinzend neemt hij me in zich op. “Moet je dit niet tegen Ciska vertellen, Vic?”, oppert hij voorzichtig. “Het is toch niet eerlijk tegenover haar, op deze manier?”
Ik zucht terwijl ik mijn tranen wegveeg. “En dan? Alles kwijtraken wat ik nu heb? M’n huwelijk, m’n kinderen, onze vrienden en familie, want reken maar dat die haar kant kiezen. En wat dacht je van mijn carrière?”
“Maar vind je niet dat ze het récht heeft het te weten?”, gaat hij verder. “Zodat ze voor zichzelf kan bepalen of zij zo wel verder wil?”
“Waarom?”, reageer ik opstandig. “Het verandert toch niks aan mijn gevoelens voor haar? Nee Ruben, dit is mijn kruis, dit heeft niks met haar te maken. Het zal haar alleen maar verdriet doen en dat wil ik niet. Zij en de kinderen hoeven toch niet de dupe te worden van mijn zondige natuur?”
Hoofdschuddend kijkt Ruben me aan. “Ik mag hopen voor jou dat je je vergist. Dat Manuel alleen maar zat te dollen en dat jij het verkeerd hebt opgevat, want zo simpel als jij het wilt zien, is het niet, ben ik bang.”
***
In gedachten verzonken, geef ik gas, schakel door naar de vier en voeg in op de snelweg. Heeft Ruben gelijk, zie ik het te simpel? Nee toch? Waarom zou Ciska gestraft moeten worden? Zij kan er toch niks aan doen dat ik van hem hou?
Hoe het kan, snap ik nog niet helemaal, maar mijn hart stroomt over van liefde als ik aan hem denk. Achter het orgel, zijn handen gracieus over de toetsen bewegend, zijn wilde krullen dansend om zijn hoofd. Talentvol, gedreven, gepassioneerd. Helemaal opgaand in de muziek…
Ik zou hem willen strelen en kussen, hem dicht tegen me aan willen houden en zijn warme adem langs mijn huid voelen. Ik zou me helemaal willen verliezen in zijn prachtige, donkere ogen…
“Oh God”, fluister ik ineens. “Ik hou van hem!” Mijn hart krimpt samen als tot me doordringt wat dat betekent. “Waarom?”, kreun ik vertwijfeld. “Waarom voel ik dit niet voor Ciska?”