23 december 2021

Breng Licht In Het Donker – 19

De monden vielen open toen Cas het goede nieuws tijdens het eten bracht.

‘Echt?’ vroeg Sjeng om bevestiging.

‘Ja. Je vader heeft bij Matthieu een brief laten bezorgen.’

Hugo was net zo verbaasd als Cas eerder was geweest over tijdstip en datum.

‘Het is een soort van verklaring. Hij geeft daarin aan dat wat er gebeurd is in de ochtend van 23 december alleen aan hem te wijten is. Hij bekent daarmee schuld. Geeft ook aan dat hij bereid is om alles te doen om tot een oplossing te komen. Dat hij zich zal schikken naar dat wat jij wilt.’

Sjeng was sprakeloos. Wist totaal niet wat hij moest zeggen. Hij zuchtte diep. Hij voelde hoe zijn oma zijn hand pakte en er zachtjes in kneep.

‘Dat is geweldig, Sjeng! Dat is … zo heel erg mooi!’

‘Maar … wat nu?’

‘Matthieu werk eraan vandaa … ‘

Opnieuw verbazing bij Hugo. ‘Heeft die man geen leven! Werkt hij altijd!’

‘Ja. Afwijking van hem,’ gaf Trees aan.

‘Matthieu is ermee bezig. Ook vandaag. Hij belt terug. Trees? Ik heb hem ook verteld van jouw aanzoek.’

‘Prima, toch! Iedereen mag het weten!’

‘Maar … ‘ begon Sjeng opnieuw om ook weer stil te vallen.

‘Laat het los, jungske,’ raadde Truu hem aan. ‘Laat het over aan Matthieu. Hij zal met een pasklare oplossing komen. Een goede manier, zodat jij verder kunt gaan.’

Maar eigenlijk was dat niet wat hij bedoelde. Toch zei hij: ‘Ja. Ik laat het los.’

‘En dan jij, Ben.’

Ineens voelde Ben dat ernaar hem gekeken werd. Voelde het rot? Nee. Cas had tenslotte gezegd dat er goed nieuws was. En dat kon alleen maar betekenen dat …

‘Je zult in Nederland moeten blijven! We raken je niet kwijt!’

Het was geweldig. Het was … zo ontzettend mooi. Hij was even helemaal van de wereld. ‘Maar … hoe kreeg hij dat voor elkaar?’

Cas vertelde wat Matthieu hem die ochtend had uitgelegd. De leeftijd van Ben had de doorslag gegeven. Als Ben duidelijk zou maken dat hij absoluut niet naar de Verenigde Staten wilde, en dat hij als hij van zijn vader wel moest na één jaar terug naar Nederland zou gaan, dan zou geen rechter de wens van zijn vader inwilligen.

‘Wauw! Deze kerst is echt wondermooi!’ Hij keek naar Sjeng. Keek naar Hugo. Keek de anderen aan en voelde dat de glimlach op zijn gezicht alleen maar breder werd.

‘Niet zo grijnzen, makker! Anders scheur je je mondhoeken nog uit!’ plaagde Hugo hem. ‘Maar … ik ben wel heel erg blij dat je kunt blijven.’

* * *

Na de maaltijd liet Sjeng zich naar bed sturen. Ondanks het feit dat hij weinig had gedaan die ochtend was hij toch moe. Kwam ongetwijfeld door de spierpijn die er nog steeds was. Wel had hij het idee dat het beter ging dan eerder. Met aankleden hadden ze hem wel moeten helpen. Geen wonder. Die arm mocht nog steeds niet gebruikt worden. Morgen, had Trees gezegd, zou ze met hem gaan oefenen. Hij keek ernaar uit.

Ook de oma’s namen hun rustmoment. Gingen naar hun slaapkamer en probeerden echt te slapen. In het begin praatten ze met elkaar. Beiden waren ze blij dat hun kleinzoons goed nieuws hadden gekregen. Er was hoop. Het zou goed komen, zo had Matthieu aan Cas gezegd. Suus had iets gemist in de brief van Sjengs vader en bracht dat ter sprake. Ze miste een spijtbetuiging. “Dat kun je wel vergeten,” had Truu koel geantwoord. “Dat hij dit heeft gedaan is al heel wat. Maar spijt, daar zul je hem nooit over horen.”

* * *

Tegen vier uur was Bens telefoon gegaan. Op het scherm kijkend, zag hij dat het zijn vader was. Hij nam op, liep meteen de gang in om zijn jas te pakken en naar buiten te gaan. Hij zag dat Hugo hem volgde. Vond hij goed. ‘Hoi, Pap!’

‘Hi, Son!’

Meteen voelde Ben zich getergd. De man woonde een paar jaar in Amerika en kwam dan al met dat soort dingen aan zitten. “Hi, Son!” En dat accent! Vreselijk gewoon! Natuurlijk, daar zou hij elke dag Amerikaans-Engels praten, maar … je moedertaal verleer je toch niet zo snel? Als hij keek naar Cas niet in elk geval. Die had heel wat jaren meer in het buitenland vertoefd en had bij terugkomst gewoon normaal Nederlands kunnen praten. ‘Prettige Kerst, Pap!’

‘Jij ook, Son!’

‘Kun je niet gewoon, jongen of zoon zeggen, of mijn naam gebruiken?’

‘Sorry, wist niet dat het zo gevoelig bij jou lag.’

‘Weet je het nu.’

‘Volgend jaar vier je kerst bij mij in de States, Ben!’

Hij had eruit willen gooien dat dat nooit zou gebeuren, maar hield zich in. Aan tafel had iedereen Cas moeten beloven dat het goede nieuws voorlopig binnenskamers zou blijven. En dus beet hij flink op zijn tong.

‘Ben je er nog, Ben?’

‘Ja. We zijn in Tegernsee, Pap,’ ging hij verder alsof hij de opmerking van zijn vader niet had gehoord. ‘Het is hier hartstikke mooi. Een dikke laag sneeuw en het sneeuwt nog steeds. Morgen gaan we naar een schaatswedstrijd. Cas en ik als toeschouwers en Hugo, die patser, wil meedoen!’ Hij kreeg een stomp. ‘Hij kan het goed, Pap! Hangt van de concurrentie af of hij iets kan winnen.’

‘Leuk dat jullie het fijn hebben daar. Maar … is het voor jou nog steeds een probleem om hier naar mij toe te komen?’

‘Ja.’

‘Maar waarom? We hebben het er toch al vaker over gehad!’

Ben explodeerde zowat. Had de man dan nooit naar hem geluisterd! ‘Pap, ik woon hier. Ik leef hier. Heb hier mijn vrienden, mijn opleiding, mijn muziek, het conservatorium waar ik na het vwo naar toe wil.’

‘Dat alles kun je hier ook krijgen, Son! Amerika is het land van mogelijkheden. Alles kan hier! The Juilliard School is één van de allerbeste conservatoria ter wereld! Daar zou je heen kunnen, Ben! Daar ben ik van overtuigd!’

‘Dat is meer dan vier uur rijden van waar jij woont, Pap!’

‘We vliegen hier, Son!’

Stom van hem. Hij had zich in de kaart laten kijken. Had het wel degelijk een keer opgezocht. En ja … die stomme Amerikanen vlogen veel te veel!

‘Maar allemaal flauwekul, Pap! Nederland heeft mogelijkheden genoeg!’

Hugo probeerde zijn vriend wat te kalmeren. Maakte gebaren in de hoop dat Ben het zou begrijpen. Hij moest zich niet op de kast laten jagen door dat stomme, drammerige gedrag van zijn ouwe heer.

‘Niet te vergelijken met … ‘

‘Geen reclame met de Kerst, Pap!’ kapte hij zijn vader af. ‘Als het aan mij ligt, blijf ik liever hier.’

Gelukkig, dacht Hugo. De kalmte was weer enigszins terug bij Ben, maar het was duidelijk zichtbaar dat hij nog steeds flink gespannen was.

‘Ik zou echt heel graag willen dat je hierheen komt, Ben! Eindelijk weer samen met jou!’

‘Ja. Lang geleden, hè!’

‘Dat klinkt alsof je me iets kwalijk neemt, jongen! En dat is niet terecht! Ik heb ervoor gezorgd dat je heel lang in Nederland kon blijven. Heb ervoor gezorgd dat er iemand was die voor jou zorgde.’

‘Dat deed hij uit vrije wil, Pap! Cas … ‘ Nee. Hij moest het niet zeggen en dus hield hij zich in.

‘Ik wil het beste voor jou, Ben!’

‘Dan laat je me gewoon hier in Nederland, Pap! Dat is het beste voor mij.’

‘Volgens mij kan ik dat beter beoordelen dan jij, jongen! En bovendien … ben je nog minderjarig. Ik beslis voor jou.’

Allerlei weerwoorden spookten door zijn hoofd, maar hij hield ze allemaal binnen. Niet één sprak hij uit. Hij moest rustig blijven. Hugo was hem tot steun. Stond dicht bij hem. ‘Oké, Pap. Ik wil het er verder vandaag niet over hebben.’

‘Ik kom er binnenkort wel weer op terug, want er moeten dingen geregeld worden.’

‘Je doet maar, Pap. Heel fijne kerstdagen! En de groeten aan Ann en haar kinderen.’

‘Dank je, jongen. Ik zal het doorgeven. En jij ook de groeten voor allen die bij jou zijn.’

Ben drukte zijn vader weg en liet een putdiepe zucht horen.

‘Wat een eikel!’ kwam Hugo meteen met een reactie. ‘Die man is er zo van overtuigd dat hij gelijk hee… ‘

‘Stop, Hugo! Ik wil het niet meer over hem hebben. Ik wil genieten van vandaag, van de wetenschap dat het goede nieuws van Matthieu goed nieuws blijft en dat niet laten … verdomme, kom even niet op het juiste woord!’

‘Hé, ik begrijp wat je bedoelt, man! We laten hem gewoon in zijn sop gaar koken! We weten dat hij geen poot heeft om op te staan!’

Opnieuw klonk de ringtone van Bens telefoon. Het was een lang nummer dat hij niet herkende. Toch pakte hij op. ‘Met Ben!’

‘Hello, Ben!’

Hij had haar maar een paar keer gesproken de afgelopen zomervakantie, maar herkende haar stem meteen. In een goed bedoelde poging Nederlands te spreken, waarop hij absoluut geen commentaar zou leveren, wenste ze hem prettige kerstdagen. Het was Ann, de aanstaande van zijn vader. Dat zij Nederlands probeerde te praten, zijn taal, vond hij erg mooi van haar. Het voelde voor hem, alsof zij wel moeite voor hem wilde doen. In het Engels wenste hij haar hetzelfde. Ze vroeg hem of het goed was dat ze verder in het Engels zouden praten. Geen punt voor hem.

‘Ik hoorde het gesprek tussen jou en je vader. Tenminste dat wat hij zei. En ik begrijp het niet. Spreek geen Nederlands. Had wel het idee dat hij boos werd op gegeven moment. Kun je het mij uitleggen?’

Oké! Dat was lastig. Maar … waarom ook niet. ‘Ja. Ik kan het je uitleggen. Heel in het kort komt het erop neer dat mijn vader wil dat ik naar de Verenigde Staten kom om bij jullie te wonen. En … ik wil dat niet. Ik heb hier mijn … ik heb hier alles wat ik wil! Ik wil hier niet weg!’

‘Ik begrijp het. Bedankt voor je uitleg. Maar … ik begrijp niet waarom hij mij dan steeds gezegd heeft, dat jij enorm enthousiast bent om hier naar toe te komen.’

‘Absoluut niet! Echt niet, Ann! Ik wi… ‘ Hij schoot vol. De tranen liepen over zijn wangen. Verdomme! ‘Het spijt me, ik moet even ophangen. Bel zo terug.’ Hij tikte haar weg en met een luide schreeuw wierp hij zijn telefoon ver in de tuin.

Hugo was in twijfel. Wist even niet wat hij het eerst of het laatst moest doen. Troostte hij het eerst Ben of redde hij de telefoon. Snel trok hij Ben tegen zich aan en nam hem mee naar het bankje, zette hem daar neer en rende toen naar de plek waar hij de telefoon had zien landen. Meteen pakte hij hem op en schudde de sneeuw er af. Niets aan de hand. De vers gevallen sneeuw was zacht en dat had ervoor gezorgd dat de telefoon niet beschadigd was. Met grote passen liep hij terug naar Ben.

‘Stom van me. Het spijt me, Hugo.’

‘Hoeft niet. Niet nodig. Ik kan het me goed voorstellen. Heb dat wat zij zei meegekregen. Je vader is een idioot.’

‘Nee! Hij is gewoon een vent, een vader, die liegt! En dat is nog veel erger!’

Helemaal begrijpen deed hij het niet, maar dat zou hij niet zeggen. Maar natuurlijk had Ben gelijk en hij kon zich zijn frustratie helemaal voorstellen: een vader die liegt – hij had er ook zo één – was gewoon vreselijk!

‘Verdomme! Waarom heeft hij dat zo tegen haar gezegd! Ik … ik wil daar niet heen!’

‘Nee. Duidelijk. Maar … ik wil me nergens mee bemoeien, maar maak het haar duidelijk. Geef aan dat je vader haar gewoon iets op de … euh … nou heb ik daar last van. Weet ik het even niet.’

Ondanks alles moest Ben lachen. Meteen daarna werd hij ook weer serieus. ‘Ik begrijp wat je bedoelt, Hugo. En ja … ik ga haar bellen. Bedankt voor het redden van mijn telefoon.’

‘Ik ben gek op telefoons, weet je toch!’

Ben haalde het eerdere gesprek terug en tikte op het scherm. Vrijwel meteen werd er opgenomen. Hij maakte Ann duidelijk dat hij niet naar de Verenigde Staten wilde.

‘Oké, dan ga ik met je vader praten en wees gerust. Als jij niet wilt, wat ik me heel goed kan voorstellen, blijf jij gewoon daar waar jij je thuis hebt. Daar ga ik voor zorgen. Ga je nog leuke dingen doen vandaag?’

‘Ja. We gaan zo uit eten. We zijn in Tegernsee, dat is in Duitsland, waar we een huis huren en de verhuurder heeft ons uitgenodigd.’

‘Smakelijk eten dan straks, Ben! En maak je alsjeblieft geen zorgen meer over dat wat je vader wil.’

‘Dank je, Ann. Heel hartelijk bedankt.’

‘Graag gedaan, Ben. Ik wil mensen graag gelukkig zien. En daar zorg ik voor! Tot ziens, Ben!’

‘Tot ziens, Ann!’ Hij zag de mededeling “gesprek beëindigd” verschijnen op zijn scherm en haalde opgelucht adem.

‘Dit is goed, hè?’

‘Ja, Hugo. Dit is heel goed bericht.’

‘Kom op dan, man! Lachen!

* * *

Die avond zaten ze bij de familie Müller aan tafel. Naast hen waren er de vier leden van het gezin Müller en nog vier gasten. Natuurlijk was de voertaal Duits. Sjeng vertaalde regelmatig iets voor zijn oma die recepten aan het uitwisselen leek te zijn met de oma in die familie. Ook werd hem regelmatig gevraagd om iets op te schrijven. Wat betreft het eten hoefde Sjeng zich geen zorgen te maken. Zijn oma zat links van hem en mevrouw Müller, die ze Emma mochten noemen, aan de andere kant. Als hij zijn bord al een keer leeg gegeten kreeg, werd die meteen weer gevuld. Uit het vlees – kalkoen en nog iets dat hij niet goed kon herkennen, maar dat wel heel erg goed smaakte – hoefde hij de botjes niet te verwijderen. Zou natuurlijk ook onhandig zijn met die ene arm van hem. Hij genoot met volle teugen van het eten en de gezelligheid aan tafel. Dit was kerst zoals een familie dat vierde.

Pas tegen tien uur gingen ze terug naar hun huis. Het sneeuwen was opgehouden. Moe maar voldaan, ging iedereen ergens zitten.

‘Nog iets drinken?’ vroeg Trees.

Reacties kwamen er amper. En degenen die wel reageerden, gaven aan helemaal niets meer te willen.

‘Laatste berichten van Matthieu,’ zei Cas. Dat zorgde ervoor dat iedereen rechtop ging zitten. ‘Jouw zaak, Ben, lijkt uit de wereld te zijn met de interventie van Ann. Maar … definitief is dat natuurlijk pas als je vader dat zelf gaat vertellen. Sjeng, wat jou betreft heeft Matthieu alles uitgewerkt. In het kort komt het erop neer dat het ouderschap, het ouderlijk gezag dus, voor jouw achttiende verjaardag zal worden beëindigd.’

‘En dat kan?’

‘Ja. Matthieu weet wat hij doet. Het gaat erom dat jouw vader het gezag verliest, omdat de rechter dat bepaalt. Jij en je vader zullen hulp die geboden gaat worden om de gerezen problemen op te lossen moeten weigeren. Dan zal de Raad voor de Kinderbescherming ingeschakeld worden. Er zal een onderzoek volgen. De raad zal uiteindelijk de kinderrechter vragen om het gezag van jouw vader te stoppen. Zeker gezien de medewerking die jouw vader heeft toegezegd, heeft Matthieu alle hoop dat het goed gaat komen.’

‘Oké. Is er iets dat ik moet doen?’

‘Het kan zijn dat jij tijdens dat onderzoek gehoord moet worden. Matthieu zal je daarop voorbereiden.’

‘Hmmm, dat heb ik liever niet.’

‘Ik snap het, lieve jongen,’ sprak Truu haar kleinzoon toe. ‘Maar je moet verder kijken dan dat ene dat jij liever niet wil. Je moet oog hebben voor de toekomst.’

‘Ja. Begrijp het. Denk dat het wel goed gaat komen. Dank je, Ama!’

‘Maar … hoe gaat zoiets dan verder?’ wilde Hugo weten.

Cas begreep de vraag niet helemaal en vroeg wat hij precies bedoelde.

‘Het ouderschap van Sjengs vader stopt. En dan? Hij is dan nog steeds geen achttien. Neemt iemand dat dan over?’

‘Ja. De rechter zal het aan iemand anders overdragen. Dat is gebruikelijk.’

‘Aan wie?’ vroeg Sjeng.

‘Matthieu zal onze woordvoerder zijn. Hij zal voorstellen dat Trees en ik dat gaan doen.’

‘Echt?’

‘Ja.’

‘Willen jullie dat?’

‘Ja, Sjeng. Dat willen we. Trees en ik hebben dat eerder vanavond al besproken met elkaar.’

‘Wij willen dat heel graag, Sjeng. Zo graag dat Cas en ik op heel korte termijn met elkaar zullen gaan trouwen.’

De verbazing werd door bijna iedereen tegelijkertijd geuit.

‘Maar waarom zo snel? Kan het niet wat … nou ja,’ stamelde Hugo, ‘dan hebben we haast geen tijd om iets goed voor te bereiden.’

‘Het spijt me, Hugo, maar het meest belangrijke is dat voor Sjeng dingen goed geregeld gaan worden. Matthieu is van mening dat als wij getrouwd zijn, de kans dat wij het ouderschap krijgen vele malen groter is. En dus gaat dat voor. Ik hoop dat je het zult begrijpen.’

‘Ja. Dat doe ik. Natuurlijk doe ik dat. Laat niemand denken dat ik dat niet belangrijk vind. Het was … nou ja … ik wilde wat leuks doen als jullie zouden gaan trouwen en dacht dat ik daar nog veel tijd voor zou hebben. Dus niet. Maar … het geeft niet. Echt niet, Sjeng! Jij bent het belangrijkste!’

‘En dan nog iets. Morgen hebben we onze uitjes. Die gaan gewoon door. Zondagochtend zullen Suus en Ben optreden in het kerkje hier, zoals ze hebben toegezegd. Maar zodra dat afgelopen is, gaan wij meteen naar huis. Op maandag heb ik een afspraak gemaakt met Matthieu om samen met hem, Trees en Sjeng alles door te nemen. Onze ondertrouw, verplicht in ons land, schijnen we digitaal te kunnen regelen. Hij weet hoe dat moet. Wij niet. Dus … de vakantie zal korter zijn dan we gedacht hadden. Het spijt me.’

‘Mijn schuld. Sorry.’

‘Hé, had ik het al niet eens gezegd net! Jij bent het belangrijkste, Sjeng! Dus niet zeuren! We gaan zondag gewoon terug, want dat is nodig. Geen discussie. Geen sorry. Geen excuses, of wat dan ook. Gewoon … punt uit!’